‘Sinds het schooljaar 2020-2021 neem ik deel aan het dagelijks bestuur van RPO Rijnmond. We bespreken thema’s die voor de hogeschool, de universiteit en de scholen voor voortgezet onderwijs van belang zijn. Denk daarbij aan de plaatsing van studenten, de stand van zaken bij de tekortvakken, de kwaliteit van de begeleiding, professionalisering en de verdeling van de financiële middelen. We stemmen deze onderwerpen zo goed mogelijk af, zodat het Samen Opleiden en Samen Professionaliseren goed werkbaar blijven, zowel voor de ontvangende scholen als voor de plaatsende scholen.
Ik ben vooral bemiddelend en faciliterend bezig: wat ik in de scholen hoor neem ik mee naar de bestuurstafel van RPO Rijnmond en wat ik daar opvang neem ik mee terug de scholen in. Ik hoor in de praktijk bijvoorbeeld hoe het gaat, hoe studenten het doen en waar begeleiders tegenaan lopen. Ook signalen over wat er niet goed gaat in het Samen Opleiden bespreek ik binnen het bestuur.
Ik zit op een tussenpositie en vind dat een mooie rol. Ik probeer de vraag van de scholen en het aanbod qua studenten te laten matchen en breng diverse signalen samen en trek daarin samen op met de clustercoördinatoren. De lijnen zijn kort, ik heb snel contact met de scholen op Voorne-Putten, en door dingen niet lang te laten liggen, hoop ik het verschil te maken voor studenten. Maar ik heb nooit direct met studenten te maken. Wel spreek ik zo nodig hun begeleiders, de clustercoördinatoren en schooldirecteuren.
De afgelopen tijd klopten verschillende nieuwe scholen aan bij onze opleidingsschool, dat was ook een gespreksonderwerp binnen het bestuur. De nieuwe deelnemers zijn zich ervan bewust dat studenten binnen je eigen school opleiden mooie kansen biedt in het tegengaan van het lerarentekort. Dat is hartstikke mooi natuurlijk.
Wat er nog beter kan volgens mij is dat we beter in beeld krijgen waarom studenten soms toch afhaken in het tweede of derde studiejaar. Ze hebben ooit enthousiast gekozen voor de lerarenopleiding, maar besluiten ermee te stoppen. Dat is jammer. Hebben we hiervan al signalen gehad vóór ze afhaakten? En ligt het aan iets dat we als opleidingsschool beter hadden kunnen doen? Dan moeten we dat zeker niet nalaten te achterhalen, want de komende jaren is iedere docent er één!’