Een bijzondere kans binnen onze opleidingsschool is dat je niet alleen kunt stagelopen in het voortgezet onderwijs, maar ook in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo). Want ROC Zadkine maakt deel uit van onze onderwijsregio, een groot regionaal opleidingencentrum met ruim 150 mbo-opleidingen in Rotterdam, Spijkenisse, Capelle aan den IJssel en Schoonhoven. Op 1 januari treedt ROC DaVinci in Dordrecht en Gorinchem ook toe. Wat is er voor jou als stagiair in het mbo anders dan in het voortgezet onderwijs? Evelien Swint, schoolopleider van Zadkine, noemt 7 verschillen.

1. Je vak is een spin-off van wat je op de lerarenopleiding leert.
Stel dat je de lerarenopleiding biologie doet, dan kun je bij de opleiding schoonheidsverzorging lesgeven in het uiterlijk van de mens, over de huid en haren, dus niet over planten en dieren. Studeer je aan de lerarenopleiding Nederlands dan kun je als stagiair bijvoorbeeld binnen de commerciële beroepsopleidingen lessen geven over het voeren van verkoopgesprekken en het maken van marketingplannen.

2. In het mbo wordt altijd aandacht besteed aan toekomstig beroep of werkomgeving.
Geef je bijvoorbeeld Engels bij de opleiding tot tandartsassistent niveau 4, dan is Engels niet alleen nuttig om jezelf te kunnen redden in die taal of om door te stromen naar het hbo, maar ook afspraken te kunnen maken met Engelssprekende patiënten en hen te kunnen voorlichten en geruststellen.

3. Je moet bereid zijn (en het leuk vinden) om samen te werken met vakspecialisten en jouw vak betekenis te geven in de beroepsopleiding.
Houd er rekening mee dat er in het mbo-onderwijs veel aandacht gegeven wordt aan ondernemerschap – overigens niet per se voor het zzp’er zijn –. Studenten leren er om return on investment te realiseren door het maken van een ondernemingsplan.

4. De doelgroep waaraan je lesgeeft is anders dan in het voortgezet onderwijs.
Het zijn vaak mensen van 18 jaar en ouder, die zich gerespecteerd willen voelen. Je kunt bijvoorbeeld te maken krijgen met volwassenen die zich omscholen of met statushouders die in hun land van herkomst een goede baan hadden, bijvoorbeeld als arts, en nu Nederlands willen leren. Als mbo-docent speel je vaak in op het zelfvertrouwen (self esteem) van de studenten. Het werkt als je hen een gevoel van competentie geeft, en je helpt hen door te zeggen dat iets handig is om te weten en te kunnen, en dat het niet moeilijk is om te leren.

5. Je hebt wat kortere tijd met dezelfde studenten te maken.
Studenten volgen niet altijd het gehele jaar les op school, maar gaan één of meer periodes op stage. Leuk is dan weer dat je door stagiaires te bezoeken op hun stage-adres vaak achter de schermen mag kijken in het werkveld.

6. Je geeft vaak les in verschillende vakken en hebt verschillende petten op.
Als je bijvoorbeeld aan de lerarenopleiding maatschappijleer hebt gestudeerd, ben je docent burgerschap, docent loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) én studieloopbaanbegeleider (slb’er). Dat laatste is een vak apart met eigen wet- en regelgeving; je kunt hiervoor ook opleidingen volgen.

7. De opzet van het mbo-onderwijs is anders en dat geldt ook voor de manier van examineren.
Elke mbo-opleiding bestaat uit een generiek deel, een beroepsdeel en keuzedelen die studenten kunnen combineren. Het generieke deel hoort bij een van de vier mbo-niveaus, een beroepsdeel hoort bij de beroepsopleiding en keuzedelen zorgen voor verbreding en verdieping. Bij de horeca-opleiding kun je bijvoorbeeld een verbredend keuzedeel barista of cocktails kiezen, en als verdiepend keuzedeel: drankenkennis. Dankzij de keuzedelen worden mbo-opleidingen flexibel.
Verder is de manier van examineren complexer dan in het voortgezet onderwijs. Er zijn formatieve toetsen (waarbij de vragen worden gesteld: hoe sta je ervoor en wat heb je te doen?) en kwalificerende examens. Die examens kunnen centrale examens, instellingsexamens en praktijkexamens zijn. Het is handig als je je in deze onderwerpen verdiept.

Dus stage lopen en werken in het mbo is zeker aantrekkelijk, maar het vraagt we om flexibiliteit. Maar ben je outgoing, heb je een creatieve geest, heb je ambitie voor je vak en wil je samenwerken, dan is lesgeven in het mbo zeker iets voor jou, volgens Evelien.

Wie is Evelien Swint?
Evelien Swint (foto) was docent Nederlands aan ROC Zadkine. Ze heeft ruime ervaring als werkplekbegeleider van stagiaires en sinds de aansluiting van Zadkine bij RPO Rijnmond in 2020 is ze schoolopleider.
Sinds kort is ze instituutsopleider van de Hogeschool Rotterdam voor Zadkine.
Naast Evelien heeft Zadkine nog drie schoolopleiders: Monique Hagen, Helga Heydra en Ellen Goslinga. Iedere schoolopleider is aan een cluster van RPO verbonden:
– Evelien aan Zuid-Holland Zuid
– Monique en Helga aan Nieuwe Waterweg-Noord
– Ellen aan Voorne-Putten/Rozenburg (VPR). In verband met ziekte wordt Ellen tijdelijk vervangen door Evelien.